Vrijwilliger Victor (25) verhuisde, toen hij nog een baby was, met zijn ouders van Nederland naar Ierland. Na 22 jaar keerde hij terug. Michael (22) ontvluchtte als jongvolwassene het levensgevaarlijke Eritrea. Hoewel hun achtergronden verschillen, weet Victor wel degelijk hoe het is om te wennen aan een ‘nieuw’ land. Die ervaring gebruikt hij als SYNC-maatje van statushouder Michael.
Hoe vind je als nieuwkomer je weg in Amsterdam? Door een maatje te hebben dat je van alles leert over het leven hier. SYNC matcht jeugdige statushouders aan jonge vrijwilligers. Zoals Michael en Victor, die in 2020 door dit bijzondere project aan elkaar werden gekoppeld. De twintigers wonen dicht bij elkaar in Amsterdam-Oost. Dat maakt het afspreken extra makkelijk. Elke week eten ze samen. Meestal koken en kletsen ze bij Victor, want daar vindt Michael het gezelliger dan in zijn eigen huis. Ook trekken de twee er geregeld op uit. Victor vertelt: “We wandelen veel, zeker nu het weer steeds aangenamer wordt. De favoriete bestemming van Michael is IJburg. Hij houdt van de rust daar. En van de huizen. Zijn droom is om er ooit een eigen woning te hebben.”
Victor haalde aan de UvA zijn master Europese Studies. Vrijwilligerswerk stond al een tijd op zijn lijstje. De lockdown gaf hem meer tijd. Via internet kwam hij terecht bij SYNC, ons maatjesproject voor jonge statushouders.
We spreken met Victor af op het terrein met containerwoningen waar creatieve ondernemers, studenten en statushouders als Michael een plekje onder de zon vonden. Aan een picknicktafel in regenboogkleuren vertelt Victor waarom hij zich als maatje bij SYNC aanmeldde. En hoe het vrijwilligerswerk hem bevalt. Bevlogen: “Asielzoekers worden veel besproken in de media en in de politiek. Vaak heel cijfermatig. Ik wilde er een gezicht bij hebben.
Door het contact met Michael ervaar ik dat je als mens altijd meer wél met elkaar gemeen hebt dan niet. Als je de tijd neemt om elkaar te leren kennen. Michael en ik zijn allebei jonge jongens. We willen werken, vrienden hebben, een biertje drinken, eten. We hebben het vooral heel gezellig samen. Michael leert me kaartspelletjes uit Eritrea. En op YouTube kijken we vaak naar filmpjes met dansen van zijn volk, de Hadesha.
Dit is een etnische groep die zowel in Eritrea als Ethiopië leeft. Toen de restaurants nog open waren, zijn we naar Selam Afrika bij de Dappermarkt gegaan. Daar heb ik de enjera’s geproefd waarmee Michael is opgegroeid. Heerlijk, die grote pannenkoeken met vlees en groenten!”
Michael heeft volgens Victor veel bewondering voor Nederland. “Door de vrijheid die wij hebben. Voor ons is dat vanzelfsprekend. Maar het is interessant om door Michael te zien dat het eigenlijk helemaal niet zo voor zich spreekt. Michael ging in Eritrea naar feestjes met zijn vrienden. Dansen, samen naar het strand. Hij heeft ook genoten van zijn leven daar. Het normale bestaan ging er in zekere zin door. Maar wie kritiek op de machthebbers had, kon worden opgesloten of vermoord. Dat is het enge van een dictatuur. Vanaf hun achttiende moeten jongens in Eritrea in dienst. Hoe lang je moet dienen staat vooraf niet vast. Dat is voor veel jongeren een reden om te vluchten.”
Michael en Victor kennen elkaar nu acht maanden. Van maatjes werden ze vrienden. Een tijdje geleden, in een gesprek met de coördinator van SYNC, zei Michael over Victor: “Ooooh, hij is echt perfect man”. Victor lacht: “Altijd leuk, zo’n compliment!” Hij vervolgt: “Ik denk dat het voor Michael vooral fijn is dat hij niet alleen met zijn leraar maar ook met mij Nederlands kan oefenen.
Michael heeft een sterke drang om te integreren en nieuwe mensen te leren kennen. Iets dat door corona nu best lastig is.” Bescheiden: “Dat perfecte van mij valt trouwens wel mee hoor. Doordat ik zo lang niet in Nederland heb gewoond, spreek ik de taal ook niet vloeiend. Maar ik doe mijn best.” Hij grijnst: “Michael moet voor de inburgeringscursus van alles over de geschiedenis en cultuur weten. Veel jaartallen en bijbehorende gebeurtenissen. Het grappige is dat Michael mij nu dingen over mijn moederland vertelt waarvan ik zelf nog nooit had gehoord. Zo leren we van elkaar. Erg leuk!”